omroep flevoland

Het Openbaar Ministerie eist 30 maanden gevangenisstraf, waarvan 6 voorwaardelijk, tegen een 23-jarige man uit Almere. Justitie ziet hem als de opdrachtgever van een explosie in de nacht van 21 september 2023 aan de Jan Kobellstraat in Rotterdam.

Uit politieonderzoek blijkt dat de verdachte twee minderjarige bommenleggers van Almere naar Amsterdam heeft gebracht. Vervolgens heeft de chauffeur, die onlangs al werd veroordeeld, ze naar Rotterdam vervoerd. Via een app hield verdachte contact met de chauffeur en de bommenleggers over het plaatsen van een explosief.

Het explosief ging af bij een woning in Rotterdam-West. De aanslag was gericht tegen de bewoonster en haar gezin met jonge kinderen. De twee bommenleggers waren volgens het OM jongens van 16 en 17 die een pakket met vloeistoffen en een cobra 6 aanstaken.

Volkswagen Polo
Een van de bommenleggers bekent tijdens zijn verhoor dat hij door de opdrachtgever, de verdachte in deze zaak, naar Amsterdam is gebracht in een grijze Volkswagen Polo. Uit onderzoek blijkt dat de moeder van de opdrachtgever zo’n type auto heeft.

Volgens justitie kan de Almeerder als opdrachtgever worden aangerekend dat er met opzet een explosie is veroorzaakt. Er zou tussen hem, de chauffeur en de beide bommenleggers sprake zijn geweest van bewuste en nauwe samenwerking. De opdrachtgever is daarom ook medepleger van het misdrijf, stelde de officier: "Dat hij daarbij niet zelf het explosief heeft geplaatst, doet daaraan niets af. Hij laat anderen het vuile werk doen."

'Forse gevangenisstraf'
"Het gaat hier om zeer ernstige feiten. Rotterdam wordt de laatste jaren geteisterd door vele bomaanslagen. Die hebben grote impact op de direct getroffenen, maar ook de mensen die in de directe nabijheid wonen”, stelde de aanklager. "Bij de afdoening van dit soort feiten kan wat het OM betreft alleen worden volstaan met een forse gevangenisstraf."

Daarbij komt dat de verdachte volgens de officier geen enkele verantwoordelijkheid neemt: “Ik zie in verdachte iemand die zijn handen niet vuil wil maken en die anderen het gevaarlijke werk wil laten doen. Hij staat duidelijk boven de uitvoerders, zijn ‘soldaten’. Dit gegeven werkt voor mij strafverhogend mee in de strafeis.”