omroep flevoland

Voor hockey-international Terrance Pieters uit Almere was 2020 in meerdere opzichten een turbulent jaar. Naast zijn sportieve hoogte- en dieptepunten bij Oranje en zijn club Kampong, kreeg Pieters dit jaar vooral landelijke bekendheid door zich in de zomer nadrukkelijk uit te spreken in het opgelaaide racismedebat.

Nadat in Amerika George Floyd door exorbitant politiegeweld om het leven kwam, brak er wereldwijd een discussie los over racisme en kwam de Black Lives Matter beweging van de grond. Ook Pieters besloot deze zomer niet langer zijn mond te houden: hij deed in een openhartig interview in de Volkskrant zijn verhaal over zijn ervaringen met racisme in de hockeysport en daarbuiten.

Interview in De Volkskrant
In dit bewuste interview vertelde Pieters onder andere openhartig over dat hij als kind op de basisschool in Almere regelmatig 'aap' of 'Zwarte Piet' werd genoemd. Dat hij in zijn jeugd vaak na hockeytrainingen op zijn scooter werd aangehouden door de politie en vervolgens werd gefouilleerd. En dat hem, samen met andere teamgenoten met een andere etniciteit, de toegang tot een uitgaansclub werd geweigerd. Zelfs bij de senioren wordt Pieters nog regelmatig geconfronteerd met racistische opmerkingen. In het stuk geeft de international uitleg over de pijn van kwetsende woorden en grappen.

Dit interview maakte grote indruk: het delen van zijn pijnlijke ervaringen was voor velen in de hockeywereld een 'eye-opener'. "Ik sprak iets uit dat zwaar woog. Ik heb gemerkt dat de mensen om mij heen verbaasd en trots waren. Hun ogen werden op een bepaalde manier geopend. De vele positieve reacties hebben mij een trots en blij gevoel gegeven."

Pieters sneed dus een lastig onderwerp aan binnen de hockeywereld. Om bewustzijn te creëren en om een discussie op gang te brengen. En dat deed hij zeker niet alleen voor zichzelf. "Ook om anderen moed te geven om zich ook in hun eigen omgeving uit te spreken. Dat was eigenlijk mijn intentie. Het voelde niet echt als een zware verplichting. Ik kreeg er wel veel vragen over en dacht toen: Ik ben toch een speler van het Nederlands elftal, dus misschien is het toch een plicht om het te doen. Ik vond het spannend, maar het heeft naar mijn gevoel goed en vertrouwd uitgepakt."

'Bewustzijn creëren'
Pieters roemt de bestuursleden en betrokkenen binnen de Koninklijke Nederlandse Hockey Bond, die zich actief inzetten tegen racisme en diversiteit proberen te vergroten. "Ik denk dat de hockeywereld daar heel goed mee bezig is geweest. Ze hebben het interview gebruikt om volgende stappen te zetten. Daar ben ik blij mee en trots op. Ik denk dat bewustwording al een hele grote verandering is bij een groot deel van de mensen. Wat de discussie zo moeilijk maakte in mijn ogen, is dat heel veel mensen het onbewust deden of zich niet bewust waren dat het zich voordeed. Om die bewustwording te creëren zijn al hele grote stappen gezet in mijn ogen."

'Diversiteit is geen medicijn '
Volgens Pieters heeft de KNHB zich ook nadrukkelijk ingezet om de diversiteit in de hockeysport te bevorderen, om zodoende ook binnen het hockey een betere afspiegeling van de samenleving te creëren. Deze diversiteit is volgens Pieters niet per definitie een medicijn. "Het is een stap in de richting tegen racisme. Ik denk niet dat het per definitie de oplossing is om maar te zeggen: we moeten mixen en zorgen voor diversiteit. Het is wel een stap in de richting en die wordt ook gezet. Samen met de bewustwording komen we dan een stuk verder, dus het gaat de goede kant op", aldus Pieters.