omroep flevoland

Vier mannen die deel uitmaakten van een valsemuntersbende uit Almere hebben in hoger beroep gevangenisstraffen van één en twee jaar gekregen. Het Openbaar Ministerie (OM) had tot vijf jaar cel geëist. Daarnaast moeten ze, net als drie andere bendeleden, forse bedragen terugbetalen.

De bende was drie jaar actief tot begin 2019. Ze zouden in die tijd zeker 138.000 valse biljetten in omloop hebben gebracht. De totale opbrengst wordt geschat op ruim een miljoen euro. De valsemunters maakten met papier en watermerkhologrammen uit China vooral briefjes van 20 en 50 euro na. Ook zijn er bankbiljetten naar het buitenland vervoerd. De briefjes zaten onder meer tussen wenskaarten in een envelop verstopt. Bij een van de bendeleden werden achttien printers aangetroffen.

Ondermijning betalingsverkeer
De rechtbank in Lelystad veroordeelde in 2020 negen personen. Vier van hen gingen in hoger beroep tegen de opgelegde celstraf. Zeven personen waren het niet eens met het geldbedrag dat ze van de rechtbank moesten terugbetalen. Het hoger beroep van de zaak 'Tulipa' bij het gerechtshof in Leeuwarden duurde afgelopen maart meerdere dagen. Volgens het hof staat vast dat er sprake is van een criminele organisatie die zich schuldig heeft gemaakt aan ondermijning van het betalingsverkeer. "Veel bedrijven en individuen zijn de dupe geworden", aldus de voorzittende rechter dinsdag. "Er is forse inbreuk gemaakt op het vertrouwen in het betalingsverkeer."

Lagere celstraffen
De rechtbank in Lelystad had een 28-jarige man veroordeeld tot een celstraf van vijf jaar. Hij zou een leidende rol hebben gespeeld. Het hof ziet daarvoor te weinig bewijs en komt uit op twee jaar. Zo zijn afgeluisterde gesprekken volgens de rechters niet bruikbaar. Drie mannen tussen de 22 en 26 jaar oud hebben in hoger beroep celstraffen van twaalf maanden gekregen. In twee gevallen is de helft ervan voorwaardelijk. Alle celstraffen zijn lager dan het OM had geëist.

Terugvorderingen tot 341.000 euro
De rechtbank bepaalde in 2020 dat de bendeleden tussen de 50.000 en 150.000 euro per persoon moeten terugbetalen. Volgens de zeven die daartegen in hoger beroep zijn gegaan, tussen de 22 en 48 jaar oud, was het vonnis te algemeen en moest voor de berekening specifieker naar ieders rol worden gekeken. "Het hof heeft getracht dit beter te doen", merkte de voorzittende rechter bij het voorlezen van de uitspraak op. Naast het individuele aandeel in de valsemunterij hebben de rechters ook gekeken naar de periode waarin elke persoon actief is geweest.

Bij een van de bendeleden pakte de rekensom fors hoger uit. Van de rechtbank moest hij 150.000 euro terugbetalen, het hof komt nu uit op 341.000 euro. De man verliet na het aanhoren van de uitspraak scheldend de zittingszaal. Bij een 25-jarige man steeg het bedrag van 50.000 euro naar net geen 85.000 euro. Voor het enige bendelid dat bekend heeft, was er juist een flinke verlaging: van 80.000 euro naar iets minder dan 7.000 euro. Bij de rest gaat het om bedragen variërend van 36.800 euro tot 117.000 euro.