omroep flevoland

De rechtbank doet woensdag uitspraak in de zaak tegen de 26-jarige Lelystedelinge die ervan wordt verdacht haar negen maanden oude dochtertje Yara met de drug GHB om het leven te hebben gebracht. Het OM eiste eerder vijf jaar cel. De officier vindt dat er sprake is van doodslag.

De vrouw zit sinds november 2020 vast. In eerste instantie dachten de artsen aan wiegendood, maar in de urine van de baby bleken sporen van GHB te zitten. Het OM verdenkt de moeder van doodslag, dan wel dood door schuld. De advocaat van de verdachte zet vraagtekens bij de manier waarop het urineonderzoek van de baby is gegaan. Ze blijft er bij dat haar cliënt Yara niet opzettelijk om het leven heeft gebracht. Ze vraagt dan ook om vrijspraak.

Persoonlijkheidsstoornis
In de rechtszaak die begin februari diende werd duidelijk dat de vrouw trekken heeft van een persoonlijkheidsstoornis. Dat bleek uit onderzoek van een psycholoog. De officier eiste daarom naast een celstraf ook tbs. De behandeling zou moeten starten als de verdachte haar celstraf heeft uitgezeten.

Wat de verdachte precies heeft, kunnen de deskundigen niet zeggen. Ze concluderen dat het trekken van borderline kunnen zijn. Volgens hen heeft de vrouw een ‘sterk kader’ nodig en is de kans aanwezig dat ze terugvalt op het gebruik van drugs.

De Lelystadse verklaarde in de rechtbank dat ze op de bewuste dag drank en drugs had genomen. Ze snoof cocaïne, rookte crack en dronk wijn. Later nam ze ook GHB. Ze zei dat ze haar verslaving niet onder controle had. Na middernacht zag ze dat de baby met blauwe lippen in de box lag. Het meisje werd naar het ziekenhuis gebracht waar ze later overleed.