omroep flevoland

De advocaten van Naoufal 'Noffel' F. willen dat actief naar informatie wordt gezocht over de mogelijke betrokkenheid van Iran bij de liquidatie van Ali Motamed. Deze 56-jarige Iraniër werd op 15 december 2015 in Almere doodgeschoten. F. is door de rechtbank veroordeeld tot een levenslange celstraf voor het organiseren van de moord.

Vrijdag vond in de extra beveiligde rechtszaal op Schiphol een voorbereidende zitting plaats in de zaak in hoger beroep tegen F. Zijn advocaten drongen erop aan dat het Openbaar Ministerie bij onder meer inlichtingendienst AIVD aanklopt. "Kunt u ook specifiek vragen aan de AIVD of ik er iets mee te maken heb?", voegde F. daar zelf aan toe.

Motamed was hoogstwaarschijnlijk iemand anders
In 2018 werd duidelijk dat de ware identiteit van Eneco-monteur Motamed hoogstwaarschijnlijk Mohammad Reza Kolahi Samadi was, die voor het plegen van een bomaanslag op het hoofdkantoor van de Islamitische Republikeinse Partij in Teheran begin jaren 80 in eigen land ter dood was veroordeeld. Bij die aanslag vielen tientallen doden, onder wie kopstukken van het toenmalige regime.

Eerder was al bekend dat de AIVD sterke aanwijzingen zag voor een Iran-connectie, maar bewijs was er niet. Volgens het OM is daarin sindsdien geen verandering gekomen. F.’s advocaten vinden dat in die vaststelling niet mag worden berust. "We kunnen niet passief afwachten in deze zaak", stelden zij. "Mogelijk is er inmiddels meer bekend bij de AIVD." 'Noffel' heeft levenslang gekregen, zijn belang om alles tot op de bodem uitgezocht te krijgen is zeer groot, benadrukten de raadslieden. De 40-jarige F. ontkent dat hij de hand heeft gehad in de moord.

Advocaten willen uitgebreid onderzoek
De bewijsvoering van het OM leunt zwaar op gekraakte cryptocommunicatie tussen verdachten onderling. F.'s raadslieden hebben het hof onder meer gevraagd om hier zelf uitgebreid onderzoek naar te kunnen doen. Het OM verzet zich tegen de omvang van het gevraagde onderzoek.

De twee uitvoerders van de moord op Motamed zijn veroordeeld tot 20 en 25 jaar cel. Zij staan in hoger beroep samen met F. terecht.

Het hof beslist op 2 juli over het door de advocaten gevraagde onderzoek. De inhoudelijke behandeling van de zaak zal naar verwachting pas volgend jaar plaatsvinden.